Als ik ver in mijn geheugen wroet kom ik bij een tijd waar geschiedenis zo vaag wordt dat er slechts indrukken overblijven. Wat schaken betreft zijn er ook van die flitsen.
Ik was ooit eerder lid van DSC, toen de club nog in het Trefcentrum aan de Phoenixstraat speelde, in het gebouw dat nu Delftstede wordt genoemd. We zijn er pas nog geweest met de spelletjesavond van DSC, gezellig in de barruimte. De grote zaal in die gelegenheid is er nu één die me het meest geschikt lijkt voor ouderengymnastiek en bingo; toen was het vanwege mijn eigen afmetingen een Grote Zaal, met een Podium waar je niet op mocht.
Ik kan mij herinneren daar het pionnendiploma behaald te hebben. Dat was een Prestatie - je denkt op die leeftijd met veel hoofdletters - die een certificaat met handtekening opleverde. Van het Toren- en Koningsdiploma kan ik mij absoluut niets herinneren.
Wel staat mij nog een meneer voor de geest, die waarschijnlijk materiaalcommissaris was: oud - maar alles lijkt oud - met een sigaar, wat kennelijk nog mocht, kalend en met een mank been. Ik kan mij niet herinneren dat ik ooit met hem gesproken heb, want ik was een beetje bang van die man. Ongetwijfeld volkomen onterecht.
Uiteindelijk mocht ik een keer met de Senioren meedoen. Mijn tegenstander was een man in driedelig grijs, óók met een sigaar, en die meneer zei helemaal niets. In mijn herinnering duurde die partij dagenlang, en toen hij eenmaal verloren had zei hij zo mogelijk nog minder. Dat was de laatste keer dat ik geweest ben.
Toen ik nog bij mijn vader woonde schaakten we wel regelmatig. Eigenlijk leerde ik het van hem, en hij had ook fascinerende boeken als "Oom Jan leert zijn neefje schaken". Mijn vader heet ook Jan, maar zijn neefje ben ik niet en uiteindelijk kon hij niet meer winnen.
Ik ging vroeg uit huis, zestien jaar oud, en vanaf dat moment heb ik eigenlijk niet meer geschaakt. Ik had wel ChessMaster 2000, toen een ongelooflijk sterk computerprogramma, maar eigenlijk heb ik daartegen slechts één partij gespeeld, al was dat dan veertig keer. Op zijn sterkste stand bleek ChessMaster namelijk iedere keer dezelfde keuzes te maken. Door steeds een betere zet te vinden in dezelfde positie heb ik hem uiteindelijk een keer verslagen. Achttien jaar later ben ik toch weer eens bij DSC gaan kijken.
Laatst was ik weer bij mijn vader, waar nu een nieuwe generatie telgen uit het geslacht Torenstra rondloopt. Mijn broertje zat te schaken met een meisje, al was het dan op afstand via internet. Hij denkt indruk op haar gemaakt te hebben doordat hij ineens vlotte mataanvallen speelde, met behulp van het programma Broer versie 1.0 bèta, maar ik betwijfel het. Ik vond mijn vader ook aardiger wanneer hij me liet winnen, zeker als de inzet de afwas was. Maar voor zover ik weet heeft mijn broer nooit met mijn vader geschaakt, en afwassen is ook verleden tijd.
--
Zie dit verhaaltje als het volgende verzoek: vertel eens waar jullie schaken hebben geleerd. Per slot van rekening is dat soort dingen belangrijk; men heeft het nodig voor het voorwoord bij een beste-partijenbundel.
__________________ http://inargenti.nl voor mijn muziek ♪
|