DSC4 verliest van DD 3
In het Nationale Schaakgebouw heeft DSC4 een nederlaag geleden tegen DD 3. De uitslag was 5-3 in het voordeel van de thuisploeg.
Ik ben vooral met mijn eigen partij bezig geweest, dus mijn indrukken geven wellicht een verkeerd beeld van de werkelijkheid. Toch even een verslagje in chronologische volgorde:
Bord 4: Hora Vlam leek met zwart enigszins gedrukt uit de opening te komen, naar eigen(!) zeggen stond hij zelfs verloren. Desalniettemin kreeg hij een sterk paard, waarvoor zijn tegenstander een toren moest offeren. In combinatie met de onveilige witte koning en de slecht samenwerkende stukken bleek dit genoeg voor de overwinning.
Bord 8: Rob Smits kwam in een hoofdvariant terecht, die zijn tegenstander beter beheerste. Rob kwam al snel gedrukt te staan en werd langzaam van het bord geschoven.
Bord 1: Kees van der Meer besloot dat het tijd was voor zijn nieuwe repertoire. Daarbij bereikte hij een mijns inziens goede stelling. Op een bepaald moment creëerde tegenstander Munninghoff sterke tegenkansen, waarvoor Kees zijn witveldige loper en later ook de b-lijn moest opgeven. Het zwarte loperpaar wist dit optimaal te benutten.
Bord 5: Pieter Goossens offerde net na de opening een stuk voor aanval. Nadat zijn tegenstander wat materiaal teruggaf, kwam er een eindspel op het bord waarin Pieter een toren en pion en wat zwaktes had tegen een loper en een paard. Het zag er lastig uit en Pieter verloor inderdaad het eindspel.
Bord 3: Zelf had ik een niet al te moeilijke avond. Tegenstander Rost van Tonningen maakte een fout in de opening, waardoor ik op zet 7 al een pion won en daarnaast de betere stelling had. Hoewel de resterende technische klus nog de hele avond duurde, kwam de overwinning niet in gevaar.
Bord 7: Jan-Pieter de Vries had een ingewikkelde stelling op het bord, waarvan ik geen idee had hoe het nu eigenlijk stond. Op een gegeven moment won hij een paar pionnen en wist hij met een schijnoffer de winst binnen te halen.
De stand was op dat moment 3-3, maar op de resterende borden zag het er niet goed uit.
Bord 6: Willem-Jan van den Broek offerde in het middenspel een stuk tegen twee pionnen. Optisch kreeg hij daarvoor aardige compensatie, maar toen hij in het eindspel ook nog zijn hele koningsstelling moest opengooien was de counter dodelijk.
Bord 2: Jaap Flohil kwam gedrukt uit de opening, maar wist naarmate de partij vorderde zijn stukken te activeren, ten koste van enkele verzwakkingen in zijn structuur. Ik denk dat zijn activiteit zwaarder had moeten wegen, maar na enkele onnauwkeurige voortzettingen van beide partijen verloor Jaap uiteindelijk het eindspel.
Een 3-5 nederlaag dus, waarop weinig valt af te dingen.
| DD 3 | 1921 | - | DSC4 | 2009 | 5-3 | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 1 | A. Munninghoff | 1966 | - | K. van der Meer | 1984 | 1-0 |
| 2 | P.F.C. Smeele | 1982 | - | J.A. Flohil | 2047 | 1-0 |
| 3 | O.H.W. Rost van Tonningen | 2019 | - | J.P. Vos | 2100 | 0-1 |
| 4 | W.J.P. Vink | 1914 | - | H.P. Vlam | 2102 | 0-1 |
| 5 | R.A. Henn | 1820 | - | P.A. Goossens | 1975 | 1-0 |
| 6 | P. Mulder | 1881 | - | W.J. van den Broek | 1935 | 1-0 |
| 7 | W.P.J. Reimer | 1833 | - | J.P. de Vries | 1893 | 0-1 |
| 8 | T.A.H. de Nijs | 1956 | - | R.C.M. Smits | 1818 | 1-0 |
