2015
Na een spannende Can-I? finale is Ivar de Hoogt Kolderkampioen van 2015 geworden. Hij ging door het oog van de naald, maar was uiteindelijk Henrik Tamerus de baas.
Kolder-meester Corniel Nobel legt een nieuwe variant uit
Koldermaster Corniel Nobel tracteerde de deelnemers weer op 7 vermakelijke koldervarianten. Dat leverde uiteraard vele schuddende hoofden, kreten van afschuw, en uiteraard kreten van vreugde op. Na 7 spannende ronden had Ivar de Hoogt liefst 6½ punt verzameld. Dat was een halfje meer dan Henrik Tamerus, die zich daarmee eveneens voor de Can-I? finale plaatste.
Ronde 1 - Spies-pion
Alles stukken gedragen zich zoals je gewend bent. Alleen de pion heeft één bescheiden exra functie: hij slaat ook recht vooruit. Er wordt gespeeld op een Fischer random bord.
Ronde 2 - Touchdown!
Wie Amerika zegt, zegt American Football. Na voren stormen en scoren: Touchdown! Geen koning dit spel, maar een bal. Als de bal geslagen wordt is het terug naar de eerste rij (vrije keuze voor de baleigenaar). Als de bal geslagen wordt, mag die speler die de bal sloeg, nogmaals. Als je bal op de eerste rij geslagen wordt heb je verloren.
Ronde 3 – Klussen met stukken
Elke pion die van het bord gaat, mag gebruikt worden om een stuk te upgraden. Een stuk kan twee keer worden ge-upgrade. Een stuk met een pion, kan ook lopen en slaan als koning, een stuk met twee pionnen kan ook lopen en slaan als paard. Als ge-upgrade stukken worden geslagen, komen deze pionnen niet nogmaals ter beschikking. Koningen en pionnen kunnen niet worden ge-upgrade. Je upgrade stukken met pionnen van de andere kleur, maximaal een per beurt.
Ronde Vier na elkaar
Eerst doet een speler een reguliere zet (geen paard- of koningzet). Daarna zet hij alle paarden die hij heeft, en zijn koning (volgorde mag zelf bepaald worden). Als zijn paard niet gezet kan worden gaat dit verloren (als dit schaak zou opleveren blijft het paard staan), als de koning niet gezet kan worden hoef deze niet gezet te worden. Rokade vervalt. Het is pat als een speler geen zetten kan doen, waarbij het van het bord nemen van een paard als een zet word beschouwd.
Ronde 5 – Squash
De randen van het bord weerkaatsen. Lopers, paarden, dames, koningen (indien zij schuin bewegen), én pionnen die slaan kunnen terugkaatsen. Oók als er een stuk aan een rand geslagen wordt mogen terugkaatsten. Je mag zo vaak kaatsen als je wilt, het is niet verplicht.
Ronde 6 – Diamonds are a girls best friend
Het bord is 45 graden gedraaid. Diamant-pion+ dus. Er is geen rokade en de promotie-velden zijn van a5-a8-d8 voor wit. Er is geen rokade.
Ronder 7 - Patrouilleschaak op een cilinderbord
Tot slot een favoriet van Boudewijn Boogaard: Patrouilleschaak. Stukken mogen alleen slaan als ze gedekt staan. Dit druist zo in tegen wat je gewend bent dat je gegarandeerd een keer een stuk kwijt raakt waarvan je dacht dat het gedekt stond. Maar helaas, dat stuk dat dekte stond zelf niet gedekt...
Can I?
In die finale werd na enig voorzichtig aftasten door Henrik een (voor de deelnemers) bijzonder doortastende koningsaanval opgezet. Hij wist deze echter wat ongelukkig net niet te bekronen. Ivar wist enkele verdedigende stukken bij zijn koning de plaatsten en ondertussen een pion tot dame te promoveren. Dat extra materiaal belaagde vervolgens de witte koning, die uiteindelijk het loodje legde.
Fotos
Herman Zonderland kwam alleen langs om fotos te maken. Het resultaat is op Facebookte vinden.
Stand na 7 ronden
Naam | land | pnt | wp | sb | ||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Ivar de Hoogt | 6 | ½ | 29 | ½ | 27 | ¼ | |
2 | Henrik Tamerus | 6 | 30 | 23 | ½ | |||
3 | Arno Wiersma | 5 | ½ | 24 | 15 | ¾ | ||
4 | Arnt Veenstra | 5 | 26 | ½ | 16 | |||
5 | Luciën van de Lisdonk | 4 | ½ | 33 | ½ | 18 | ¼ | |
6 | Joost Michielsen | 4 | ½ | 30 | 17 | ¼ | ||
7 | Diederik van Heijgen | 4 | ½ | 27 | 16 | ¾ | ||
8 | Ted Barendse | 4 | 31 | ½ | 15 | ½ | ||
9 | Henk van der Belt | 4 | 27 | 12 | ½ | |||
10 | Martin Glimmerveen | 4 | 26 | 13 | ||||
11 | Richard Oranje | 4 | 26 | 12 | ||||
12 | Jaap Flohil | 4 | 23 | ½ | 11 | |||
13 | Dick de Jong | 3 | ½ | 25 | 7 | ¾ | ||
14 | Walter Anema | 3 | ½ | 23 | ½ | 8 | ¾ | |
15 | Kees Voorberg | 3 | ½ | 18 | ½ | 6 | ¼ | |
16 | Gert Legemaat | 3 | 27 | ½ | 9 | |||
17 | Vashish Sukul | 3 | 24 | ½ | 6 | ½ | ||
18 | Bart Vlasblom | 3 | 24 | ½ | 5 | |||
19 | Jordy Krempel | 3 | 18 | 6 | ||||
20 | René Poots | 2 | 24 | ½ | 5 | |||
21 | Raymond Thomas | 2 | 23 | ½ | 4 | |||
22 | Paul van de Meer | 2 | 20 | 2 | ||||
23 | Gerard Bilars | 2 | 17 | ½ | 2 | ½ | ||
24 | Zimo Sibbing | 1 | 21 | 1 | ||||
25 | Edgar Huisman | 1 | 18 | ½ | 1 | |||
26 | Bert van de Willik | 1 | 17 | 2 |