116: De mooiste variant...
Deze stelling ontstond in een partij in de Interne Competitie van DSC.
Wat vindt u van deze stelling? Hoe beoordeelt u de stelling? Hij ontstond na de 9e zet van wit.
Dr. M. Euwe heeft gedoceerd hoe zo een stelling te beoordelen. Zijn oordeel zou luiden:
- Er dreigt geen directe aanval. Taktische elementen zijn ondergeschikt. Strategische elementen prevaleren.
- Wit heeft meer invloed in het centrum dan zwart. Dat is in zijn voordeel!
- Wit heeft het loperpaar. De pionnenstelling is dynamisch, er is geen vastgelegde keten, dat is in het voordeel van de partij met de loper(s). Wit heeft groot voordeel!
- Zwart heeft twee paarden, maar die paarden hebben geen steunpunt in het centrum. Wit heeft zeer groot voordeel!
De witspeler die erin zou slagen zo een stelling nog te verliezen, mag zich wel diep schamen. Het is verbazend dat een algemeen geacht clublid met zwart zo een opening dorst spelen, zelfs al is dat clublid een vroegere en toekomstige clubkampioen.
Dr. M. Euwe, die destijds alle openingstheorie publiceerde in een twaalftal boekjes getiteld: 'Theorie der Schaakopeningen', sprak in een dergelijk geval: "Als dit soort openingen mogelijk is, dan kunnen we de openingstheorie wel afschaffen". Zijn uitspraak gold enkele openingsexperimenten in partijen om het wereldkampioenschap tussen Petrosjan en Spassky in 1966 en 1969.
Ik sprak (na de partij) de vroegere en toekomstige DSC-clubkampioen aan op zijn wrakke openingskeuze. Hij wist mij te melden dat deze opening met gunstig resultaat gespeeld is door meesters en door grootmeesters, door topgrootmeesters met een rating van 2700+ (overgrootmeesters) en ook door Carlsen, rating 2800+ (betovergrootmeester). Slik!
Het oordeel van dr. M. Euwe is natuurlijk niet fout, maar het is onvolledig. Dynamische elementen wegen tegenwoordig zwaarder dan 40 jaar geleden. Dat is wat trainers als Herman Grooten en Jan-Willem de Jong ons regelmatig duidelijk maken.
Om een partij uitgaande van de stelling boven goed uit te spelen, zou men veel meer bedenktijd moeten hebben. Het te snel berekenen van mooie varianten leidt tot niet volledig doordachte zetten. Het ging me niet goed af, en bij de 25e zet van zwart - hij had nog vijf minuten - mocht de vroegere en toekomstige clubkampioen het vanuit de volgende stelling uitmaken.
Ziet u hoe zwart het kan uitmaken?
Nee, hij zag het niet. Haastige spoed. En ik ook niet.
Na het gespeelde 25... Pd5xf4 heeft wit 26. Dd3-f3 en zowel na Pxf2+ als na Pg3+ staat de witte dame gedekt; onder omstandigheden heeft wit zelfs Txf5+!
Het ging even later mis.
Na de partij, in de analyse, werd gekeken naar 25... Pd5-e3; waarop wit 26. f2-f3 van plan was. En kijk nu toch eens: zwart vervolgt met 26... Tg8-g1+! (27. Kxg1 zal het niet zijn, ... Dg6+ en Dg2 mat) waarop 27. Tf1xg1, Pe4-f2 MAT.
En wat een mooi mat!
Dat was de mooiste variant. Die zie je alleen in de analyse.
Dit soort partijen speel ik met plezier. Dat ik hem dan verlies, ach...